Al sinds zij mij enkele jaren aanschreef en verzocht een van haar cd’s te recenseren ben ik fan van Sunday Wilde. Deze zangeres, liedjesschrijfster en pianiste komt uit een klein plaatsje in het noorden van Ontario, Canada en heeft het vak geleerd door veel, heel veel op te treden in kroegen, bars, op begrafenissen en overal waar ze maar een kans kreeg. Dit heeft haar geen windeieren gelegd, want de prijzenkast bij mevrouw Wilde is in de loop van de jaren behoorlijk gevuld. Vanaf 2007 heeft zij op regelmatige basis albums in eigen beheer uitgebracht, die stuk voor stuk hoog werden gewaardeerd.

Voor Sunday lijkt het motto less is more zo’n beetje uitgevonden te zijn. Zij heeft de gewoonte om haar nummers op te nemen op ouderwetse, akoestische instrumenten met ouderwetse opnameapparatuur. Ook op haar negende album ‘Peace In Trouble’ is zij dit motto trouw gebleven. De opnamen zijn gemaakt met een oude piano, die in haar woonkamer staat.

Van de elf nummers zijn er tien door haarzelf geschreven. De enige cover is ‘Home To Momma’ van Willie Dixon. Op een vijftal nummers wordt zij begeleid door de harmonica van Harpdog Brown en we horen verder alleen nog Mac Givens (klarinet), Mike Carson (contrabas) en Lex Riley (trombone). Greg Schultz tekende voor de techniek. Dus geen drums en geen gitaren.

Het album begint met het getormenteerde ‘Trouble’, waar door de combinatie van stem, piano en harmonica het leed van afdruipt. Het droevige ‘Will Never Stop’ gaat over alcoholmisbruik en bij het ouderwets gedegen ‘All Alone’ geeft de titel al aan waar het over gaat. Het is niet alles kommer en kwel, want van ‘Too Damn Cute’ en ‘Wondering If He Might’ spat de vrolijkheid af.

Met ‘Peace In Trouble’ bewijst Sunday Wilde opnieuw dat zij een liedjesschrijfster en muzikante van formaat is. Aanrader. (8/10) (eigen beheer).

Deel: